Jkes / Bolivië / We kuieren een half dagje door het centrum van La Paz. Wanneer we een aantal camera mensen op de stoep zien willen we oversteken naar de andere kant van de straat. Net op dat moment komen er vier wagens in vliegende vaart aanrijden. Er springen een paar militairen in vol ornaat uit de voorste wagen en vlak voor onze neus snelt Evo Morales, de president van Bolivië, in leren jek en jeansbroek, zijn presidentieel kantoor binnen. De man is aan zijn tweede ambtstermijn bezig van 5 jaar en is de eerste president van indiaanse afkomst in Zuid Amerika. De meeste taxi chauffeurs vinden hem alvast een ‘goed mens’ en fijn president. We vinden een leuk hostel MET water waar we reserveren voor binnen drie dagen en waar we de meeste van onze spullen veilig achter laten. Dan trekken we opnieuw verder naar Copacabana en Isla del Sol. Copacabana is een kleine gezellige stad aan de oever van het Titicacameer. Het is er verbazend proper, herbergt een gezellig restaurantje met een haardvuur en natuurlijk een prachtige baai vol bootjes. De trekpleister hier is Isla Del Sol. Het eiland is reeds duizenden jaren bewoond door indiaanse beschavingen die lang voor het Inca tijdperk leefden. Er staan twee ruïnes van heiligdommen op het eiland. De meeste mensen bezoeken het eiland op één dag. We twijfelen maar besluiten gelukkig toch om één nachtje op het eiland te blijven. De heilige rots en het nabijgelegen heiligdom (een doolhof van gangen en kamers) zorgen ervoor dat onze jkes zich volledig inleven in indianen fantasieën inclusief het offeren van menig broer/lama. Daarna beginnen we aan de –15 km lange- wandeling langs een ‘Inca-trail’ over de heuvelruggen van het eiland. We genieten van de vergezichten over het meer en van de vele terrasbouw. Na even zoeken vinden we een slaapplaats in een uitgelezen hostelletje dicht bij het strand. Onze gastvrouw maakt het lekkerste Boliviaanse maal dat we tot nu toe kregen –de Boliviaanse soepen zijn vaak voortreffelijk- en slapen heerlijk. Het dorpje Challa doet erg mediterraan aan. De vele trappen en bergpadjes omgeven door de kleine veldjes op de landbouwterrassen, de daken van gras en de gestapelde stenen stalletjes met varkens en schapen hebben een verbluffende schoonheid. Hier rijden geen auto’s, hier kan je niets met de fiets of de brommer. Dus trekken we de volgende ochtend opnieuw onze wandelschoenen aan en vertrekken na een heerlijk ontbijt met verse munt en verse kamille thé verder langs de Inca-trail die ons naar het zuiden van het eiland moet voeren. Jerom rent de afstand dubbel in zijn rol van Inca boodschapper. (Deze hadden de snelste boodschappen dienst ter wereld. Elke renner liep 1 kilometer waarna hij zijn boodschap doorgaf aan de volgende renner. Hij liep steeds hetzelfde stukje zodat hij de weg perfect kende. Hij had alleen een knots bij zich om zich te beschermen tegen de wilde dieren. De boodschap werd mondeling doorgegeven. Op verraad van de boodschap stond de doodsstraf. Ze konden met dit systeem duizenden kilometers afleggen in slechts enkele dagen.) De tempel van de zon, helemaal ten zuiden van het eiland is opnieuw goed voor de kinderfantasie en net op tijd voor de boot naar Copacabana dalen we de 1000 Inca treden af naar het haventje.
Meest recente berichten
Recente reacties
jerom rutgeerts op Cartagena (door Jerom) | |
Agnes op Leven als Belg in Chili (i.e.… | |
Ludo Houben op Leven als Belg in Chili (i.e.… | |
Leen op De Jongens | |
Henk op Medellin (Jkes) |